De eerste Joodse handelaren die zich omstreeks 1840 in Emmen vestigden vielen onder de Joodse gemeente van Coevorden.
Omdat hun aantal snel toe nam werd Emmen in 1876 door het Nederlands Israëlitisch Kerkgenootschap als zelfstandige gemeente erkend.
Synagoge gebouwd in 1878, in opdracht van het bestuur der Nederlands Israëlitische Gemeente te Emmen.
B.J.Mensingh in "Toen alles anders was" pagina 109: "Het is september 1878. In het café van de weduwe Pol,
gevestigd aan de oostzijde van de splitsing Hoofdstraat - Noorderstraat hebben de leden van de joodse gemeenschap zich verzameld om op
feestelijke wijze uiting te geven aan een belangrijke plechtigheid die eerder op de dag had plaatsgevonden: de inwijding van hun synagoge aan
de "Achterstad" door niemand minder dan opperrabbijn Hillesum uit Meppel."
Noot: In bovenstaand citaat moet de straatnaam Achterstad
gelezen worden als Julianastraat.
In de volgende decennia werd de synagoge nog enige malen vergroot.
In twintiger jaren van de twintigste eeuw was er ook een joods toneelgroepje actief in Emmen.
Aanvankelijk hielden de meeste joodse inwoners van Emmen zich bezig met de handel tussen de boeren en de stad.
Later hadden ze winkels, voornamelijk in de belangrijkste winkelstraat van Emmen. Toch waren de economische omstandigheden niet onverdeeld gunstig, rond de
eeuwwisseling was ongeveer een vijfde van de joden in Emmen afhankelijk van ondersteuning.
Gedurende de bezetting werden in Emmen dezelfde anti-joodse maatregelen als elders van kracht. Het merendeel van de joden werd
in 1942 gedeporteerd naar Polen en vervolgens omgebracht. Enkele tientallen onderduikers overleefden de oorlogsjaren. De synagoge diende als
opslagplaats voor joodse bezittingen en is vrijwel onbeschadigd gebleven.
Na de oorlog werd er in Emmen weer een kleine joodse gemeente opgericht.
In 1974 werd de synagoge aan de Julianastraat aan de plaatselijke gemeente verkocht voor een symbolisch bedrag.
Een jaar later werd het gebouw gerestaureerd.
Ook in 1994 kreeg de synagoge een opknapbeurt. Twee gedenkplaten in de synagoge dragen de namen van de omgekomen joodse inwoners van de plaats.
Momenteel functioneert het gebouw af en toe als synagoge voor de Nederlands Israëlitische Gemeente Drenthe.
In mei 2000 werd in de Julianastraat bij de synagoge een monument onthuld ter nagedachtenis aan de joodse oorlogsslachtoffers.
Tijdens Grote Verzoendag van datzelfde jaar werd een bomaanslag gepleegd op de synagoge. Een jaar later werd het gebouw, geheel hersteld, weer ingewijd.
Bovenstaande: bron: www.reliwiki.nl
De joodse gemeente had van 1885 tot 1915 de beschikking over een eigen begraafplaats, gelegen aan het Oranjekanaal
nabij Westenesch. De grafstenen op de begraafplaats aan het Oranjekanaal in Emmen zijn geïnventariseerd in het Stenen Archief.
Bron: Joods Historisch Museum
Begraafplaats aan het Oranjekanaal.
Foto: Familie Davids.
In 1915 werd achter de synagoge (ingang Beatrixstraat) een nieuwe begraafplaats in gebruik genomen.
Begraafplaats aan de Beatrixstraat.
Foto: © J.Withaar.
Er was in Emmen een joodse godsdienstschool, een studiegenootschap voor mannen en een vrouwengenootschap voor het onderhoud van het
interieur van de synagoge. In de jaren twintig van de twintigste eeuw was er ook een joods toneelgroepje actief in Emmen.
Op 2 oktober 1942 spraken de Duitsers en afgevaardigden van de Drentse
politiekorpsen met elkaar over het oppakken van joden. Het moest worden
uitgevoerd tussen 2 oktober om 18.00 uur en 4 oktober 14.00 uur. Het ophalen
van de joden moest worden uitgevoerd door de plaatselijke politie, eventueel
aangevuld met leden van de marechaussee. Opgepakte joden moesten
onmiddellijk worden overgebracht naar het doorgangskamp Westerbork.
De Duitsers hadden met opzet voor 2 en 3 oktober gekozen, omdat de joden
die dagen ‘Jom Kippoer’ (Hebreeuws voor Grote Verzoendag) vierden. De
zaterdag 3 oktober was eveneens een sabbatdag. Voor vrome joden is dit
eveneens een vastendag, een dag waarop ze meer tot geestelijke inkeer komen
dan op andere dagen. Met andere woorden tijdens ‘Jom Kippoer’ vindt de
grote schoonmaak van de ziel plaats; een geestelijke bevrijding tijdens de
herdenking van de bevrijding van het joodse volk uit de Egyptische
slavernij. De Duitsers wisten dit en hadden ingecalculeerd dat de meeste
joden daarom in de nacht van 2 op 3 oktober 1942 thuis zouden zijn. Dit
moest het oppakken van hen vergemakkelijken.
Noot: In het gemeentearchief in Emmen bevindt zich de map
"ontruiming woningen joden" waarin verschillende notitieblaadjes.
Op deze briefjes staan de vermoedelijk geïnstrueerde attentiepunten vermeld
voor het ‘ophalen van de joden’
Na uitvoerige instructies gingen de politiemannen erop uit. Voorzien van
een namenlijst belden zij bij de joden aan en gaven hun opdracht aan de hand
van een bepaalde lijst wat spullen in te pakken en mee te gaan naar de
concertzaal van hotel Groothuis te Emmen. Bij deze razzia hebben de
betrokken politiemensen onder andere het volgende gerapporteerd:
"Het overdag doorzoeken en verzegelen van de synagoge in de Sleutelstraat te Emmen"
Omdat de Duitsers in de tweede wereldoorlog ook nagenoeg alle leden van de Emmense Joodse
Gemeente hadden uitgeroeid raakte de synagoge in verval.
De beruchte Emmer NSB-er Jan Karel, eveneens uit de Julianastraat, ondernam
een poging de synagoge in brand te steken. Het mislukte maar hij werd daarvoor niet gestraft.
Bron: Emmen in Bezettingstijd p.112.
Vanaf begin 1943 was de gemeente druk bezig om de zogenaamde joodse eigendommen te liquideren. Geleidelijk werden alle joodse huizen leeggehaald, de
goederen gesorteerd en gebundeld. Lijfgoederen, schoenen, lompen en hoeden werden gebundeld in pakken. Bedden, kussens, peluws, gestikte
dekens, wollen dekens, molton dekens, onderleggers en stromatrassen werden bij elkaar gezet.
Regelmatig werden door de Dienst Gemeentewerken vrachtauto’s ingehuurd om inboedels en gesorteerde goederen
naar opslagplaatsen te brengen. Een ander deel van de inboedels bleef in Emmen achter. Verscheidene spullen,
zoals meubelen en serviezen werden voorlopig opgeslagen. Voor deze opslag
was o.a. de Synagoge aangewezen. Voor het gebruik van de synagoge werd geadviseerd de banken enzovoort met zo weinig mogelijk
schade los te maken en niet stuk te breken "zodat een goed en ordelijk pakhuis ontstaat.
Als materiaal voor stellingen, waarop serviezen kunnen worden geborgen, als materiaal voor het
dicht maken van de schuur en van de ramen der Synagoge te gebruiken het loskomend hout, maar
zonder dat noodeloos te verzagen". De synagoge was al eerder bestemd geweest voor de opslag van meubelen.
In 1943 werden behalve in dit gebouw ook meubelen opgeslagen in de mandenmakerij van de barak van de Stichting Arbeidsvreugd.
Bron: Bulte 2014: p.89,90,91.
De synagoge aan de Julianastraat bevond zich na de oorlog in een vervallen en
verwaarloosde staat, doordat het gebouw enkele jaren dienst had gedaan als
opslagruimte. Het was een onopvallend gebouwtje geworden dat bij de teruggekeerde
joden nogal wat emoties opriep. Na de oorlog probeerde het joodse bevolkingsdeel
nog een aantal jaren de diensten in deze synagoge in stand te houden, al dan niet
in samenwerking met de synagoge van Stadskanaal.
Bron: Bulte 2014: p.100.
In 1973 kon sloop van de synagoge voorkomen worden door overname door de gemeente Emmen, die de synagoge vervolgens prachtig heeft laten restaureren.
Het gebouw bleef echter ongebruikt. Stichting Emmer Sjoel Sjemmesj is opgericht met het doel de voormalige
synagoge weer te integreren in het culturele leven van Emmen en omstreken.
Bron: www.synagoge-emmen.nl
Opperrabbijn E.Berlinger.
Foto: Gemeentekrant 30 mei 1975.
De synagoge is een rijksmonument.
Rijksmonumentnummer: 510950
Synagoge gebouwd in 1878, in opdracht van het bestuur der Nederlands Israëlitische Gemeente te Emmen.
In 1909 is een vierde travee aan het gebouw toegevoegd, waarin een balkon is aangebracht. Het is de enige synagoge in Drenthe waarvan het interieur nog geheel in
oorspronkelijke staat aanwezig is.
In eigendom van de gemeente, niet meer in gebruik. Gerestaureerd in 1993. De bescherming betreft het totale bouwvolume
waarin begrepen de detaillering van de gevels en het interieur met de volledige inventaris, tot en met de lampenkapjes.
Beschrijving:
Eenvoudige bakstenen zaalkerk met een gepleisterd basement rondom, onder een zadeldak met pannen. Rondom een verkropte gietijzeren bakgoot.
Alle vensters zijn negenruits en hebben een spitsgebogen bovenlicht met dito roedenverdeling (tracering).
De ramen zijn van gietijzer.
De westgevel is geheel gepleisterd in blokverband. Boven het basement twee vensters tussen hoekpilasters. In de geveltop met klimmend
keperfries een roosvenster. Op de top een noksteen met obelisk.
Beide zijgevels zijn met pilasters in vier traveeën opgedeeld. In de westelijke travee aan beide zijden een paneeldeur
met spitsgebogen bovenlicht. In de overige traveeën een spitsboogvenster. De achtergevel (O) is blind boven het basement.
Interieur:
Houten tongewelf met trekstangen. Tegen de oostwand de arke met de thorarollen in een portaal van halfzuilen waaraan het
voorhangsel is bevestigd, bekroond door een rondboog tympaan. Het geheel op een bordes met drie treden, afgezet door houten balustrades waarop
metalen lamphouders met glazen kapjes zijn aangebracht. In het midden de houten biema met lezenaar. Houten balustrades met op de hoeken
geëlektrificeerde kandelaars. Aan de westzijde een balkon, op gietijzeren composieten
kolommen, met de door gaaswerk afgezonderde vrouwengalerij. Tegen de zijmuren houten banken. Aan de wanden twee marmeren gedenkplaten ('40-'45).
Waardering:
Synagoge van cultuur-, architectuurhistorisch en stedenbouwkundige belang:
- als unieke representant van het joodse religieuze leven in Drenthe
Het is de enige authentieke orthodoxe synagoge in Drenthe
- vanwege de typologie
- vanwege de zeldzaamheid
- vanwege de gaafheid
- vanwege de kwaliteit van het ontwerp
|